Gerwin van der Pol
2017-2. De film, die zich afspeelt in het jaar van productie, 2009, vertelt documentair over een gebeurtenis in het verleden, 1982. Wat was er gebeurd? De film laat het nog niet zien. Eerst zien we direct betrokkenen erover spreken, over de gevolgen van die gebeurtenis. Niet over wat er aan de hand was. Vooral ook over Wikus Van De Merwe, de belangrijkste persoon in dit verhaal. Was hij altijd al slecht, of hadden ze kunnen weten dat hij niet deugde?
Dan volgen documentaire beelden (van verschillende bronnen) over het ruimteschip dat boven Johannesburg kwam te hangen, en verder niks deed. Na maanden besloot men het ruimteschip binnen te treden, en vond er meer dan een miljoen aliens, ondervoed. Men besloot een kamp op te zetten voor hen, District 9. Na jaren komt de bevolking van Johannesburg in opstand, vanwege het geweld in de sloppenwijk, de uitzichtloosheid etc. Men besluit tot hun herplaatsing in een kamp een stuk verderop, waar niemand last van ze heeft.
Na deze introductie komt de film tot de kern, de introductie van Wikus Van De Merwe (Sharlto Copley), die, gevolgd door een camerateam, is aangesteld als leider van het uitzettingsteam. De man is sullig, de schoonzoon van de baas. Hij gaat het kamp in om aan te kondigen dat de bewoners moeten verhuizen, backup door een sterke militaire eenheid: het is levensgevaarlijk in het ghetto. Wikus raakt besmet en transformeert langzaam in een alien (zie bijvoorbeeld Tetsuo). Het maakt hem belangrijk voor de company, omdat die een multinational wapenhandel is, die in het geheim alle Alienwapens had verzameld, maar niet kon gebruiken omdat ze niet alleen werkten in handen van de aliens. Hij ontsnapt, maar wordt dan staatsvijand nummer 1 (Enemy of the state, Tony Scott, 1988). Hij schuilt bij de aliens, die in het geheim een terugkeer naar het moederschip plannen. Hij wil hen helpen als zij hem weer terug transformeren naar mens.
De film is volstrekt origineel. Het fake-documentaire deel, publieke beroemdheden uit de werkelijkheid die vertellen over een fictieve gebeurtenis alsof het echt gebeurd is “we herinneren ons allemaal hoe in 1982 een ruimteschip boven Johannesburg hing”, is eigenlijk niets anders dan een niche-genre conventie, van Woody Allens Zelig (1983) tot Peter Jacksons Forgotten Silver (1995). Niet geheel toevallig raakte deze Peter Jackson als producent betrokken bij deze film. Door de ogen van Peter Jackson (The Lord of the Rings, 2001-2003) wekt ook het mengen van genres opeens geen verbazing meer: District 9 van existentieel ghetto drama, tot gore-horror, mutatie, tot exoskeletons-Transformer-achtige actiescenes tot melodrama. Zo’n beschrijving suggereert eerder een cultfilm, die alleen vanwege hoge curiositeitswaarde na jaren een geweldige reputatie krijgt. Maar zo ging het niet, de film was vanaf dag één verrassend goed ontvangen, en geldt nog steeds, zowel bij de critici als bij het grote publiek, als een geweldige film.
Dan is de vergelijking met The Lord of the Rings, alweer, zo gek niet. Het is niet zozeer het mixen van zoveel verschillende genres tot één film, het is het vinden van een balans tussen al die tegenstrijdige elementen. Je zou ook kunnen zeggen, de film heeft een vanzelfsprekendheid, durf, die de toeschouwer overrompelt en overtuigt. Maar ‘durf’, dat is ook moeilijk aanwijsbaar. Ja, aantoonbaar is dat de regisseur durf had. Een debuutfilm maken voor 30 miljoen dollar, met een hoofdrolspeler die nog nooit aan acteren had gedacht (vergelijk Harrison Ford in Star Wars, George Lucas, 1977). De special effects van aliens, geacteerd door acteurs waarna ze na de opnames via CGI werden omgevormd tot aliens. De techniek daarvoor bestond wel in Hollywood, maar alleen als een statische camera werd gebruikt. Blomkamp wilde echter een documentaire stijl, met een hand-held camera. En dus moesten zijn technici maar een oplossing bedenken, terwijl er maar een fractie van een Hollywoodbudget voorhanden was. En met succes, de techniek werd uitgevonden en toegepast, en leidde tot state-of-the-art beelden. Bedenk dat in 2016 Dick Maas in Prooi een digitale leeuw nog niet op een leeuw kan doen lijken, en dat het argument dat Nederland een klein filmland is in Zuid-Afrika met hoongelach zal worden ontvangen.
Ware helden
De kracht van de film bestaat uit de personages en hun ontwikkeling. Wikus is dom, en zit vast in het patroon van onbedoeld racisme. Hij weet veel van de aliens, maar praat ermee alsof het kinderen zijn, en hij doet wat hem opgedragen wordt. Maar deze sullige ambtenaar die geen zicht heeft op wat er werkelijk speelt, ontpopt zich tot complex personage met ongekende kwaliteiten, hij is schuldig en handelt tegelijkertijd deugdzaam, zoals een ware held uit grote tragedies.
Meest bijzonder zijn de aliens. De film doet er eerst alles aan om hen zo onaangenaam mogelijk te doen lijken, en alle empathie uit te sluiten. Ze zijn een combinatie van verschillende vieze beesten, ze hebben geen duidelijke mond en geen gezichtstrekken, alleen hun ogen vertonen duidelijke mimiek. Ze zijn onverstaanbaar, alleen in hun bewegingen (en de ondertiteling) wordt duidelijk wat ze willen. Toch ligt onze sympathie bij hen, om veel redenen. Langzaam kijken we door hun lelijkheid heen, eerst vanuit medelijden, dan door de meeste toeschouwers zelf gemaakte vergelijking met het onrecht van apartheid. Maar vooral omdat de aliens de hoofdrol krijgen, en we de wereld vanuit hun positie bekijken, en hun motieven, gedachtes, verlangens en deugden leren kennen. In de spiegeling en transformaties tussen Van de Merwe en de aliens enerzijds, en de moeilijke balans vinden tussen landsbelangen versus familiebelangen ontstaat een ingewikkelde wereld. Alle personages moeten daarin een onmogelijke balans zien te vinden. Aan het eind resteert geen eenduidige conclusie, hoogstens dat degenen die gaan voor de derde optie: eigenbelang, de ware verliezers zijn.